Kaapse eend/Muskuseend | Muscovy Duck
Cairina moschata Met z’n rare rode wratten op de neus en rond de ogen, z’n korte poten en grote voeten, mag de muskuseend zich zeker niet moeders mooiste noemen. Maar aantrekkelijk zijn ze wel, vanwege hun tamme, sympathieke karakter en de geringe eisen die ze stellen aan hun verzorging. De Spaanse ontdekkingsreizigers die de muskuseenden in de zestiende eeuw vanuit Midden- en Zuid-Amerika mee naar Europa namen, wisten dat ze op de terugtocht geen honger hoefden te lijden. Ze hadden bovendien iets om mee thuis te komen: een makkelijk te houden, gedomesticeerd dier waar veel vlees aan zit. De eenden die ze van Peru tot aan Mexico aantroffen, bleken bovendien bijzonder lekker te smaken, een culinaire delicatesse die nog altijd de wereld rond gaat onder de naam Barbarie eend. De oorspronkelijke naam - in het Engels muskavyduck – verwijst niet naar Moskou, zoals wel eens wordt beweerd, maar naar de Miskito indianen in Nicaragua en Honduras, of naar de Muisca, een Colombiaanse indianenstam. In elk geval dienden de eenden in dat deel van de wereld al eeuwen geleden voor de voedselvoorziening en waren ze vooral ook in trek vanwege hun hoge vruchtbaarheid, waardoor ze zich snel konden vermeerderen, soms wel met drie nesten per jaar. Particulieren die muskuseenden – ook wel Kaapse eenden genoemd - tegenwoordig vooral voor de hobby houden , kunnen het beamen. Deze eendensoort is niet alleen zeer vruchtbaar, de vrouwtjes zijn ook goede broeders. |